Vlooien zijn kleine, springende parasieten die je hond flink kunnen laten krabben. Ze veroorzaken jeuk, irritatie en soms zelfs huidproblemen. Bovendien planten ze zich razendsnel voort. Weten waar vlooien zich verstoppen helpt je om ze sneller te vinden én aan te pakken.
De meeste vlooien zitten bij honden op warme, beschutte plekken. Denk aan de nek, oksels, liezen en bij de staart. Daar is de huid dun en kunnen vlooien makkelijk bijten. Soms zie je ze lopen als kleine zwarte puntjes, maar vaak verraden ze zichzelf door de zogeheten vlooienpoep: kleine zwarte korreltjes in de vacht. Een nat watje over die korreltjes halen laat een roodbruine vlek achter, wat duidt op verteerd bloed. Dat is een duidelijk teken van vlooien.
Kunnen honden vlooien op mensen komen?
Vlooien leven het liefst op dieren, maar kunnen ook mensen bijten. Ze springen gemakkelijk over van je hond naar jou, vooral als er veel vlooien in huis zijn. Bij mensen blijven ze meestal niet lang zitten, omdat onze huid en lichaamstemperatuur minder geschikt zijn om op te leven. Toch kunnen de beten flink jeuken en kleine rode bultjes veroorzaken, meestal op de onderbenen of enkels.
Een vlooienbeet is op zich ongevaarlijk, maar kan wel irritatie of een allergische reactie veroorzaken. Als je merkt dat je hond vlooien heeft, is het daarom verstandig om niet alleen het dier te behandelen, maar ook je woning grondig schoon te maken. Vlooien leggen eitjes in tapijt, banken, kleden en kussens, waardoor de besmetting snel kan terugkomen.
Hoe krijgen honden vlooien?
Een hond kan vlooien oplopen op allerlei plekken. Tijdens een wandeling, in het park, via contact met andere dieren of zelfs in je eigen tuin. Vlooien kunnen lang overleven in hun eitje of larvestadium en wachten tot ze een nieuwe gastheer ruiken. Zodra ze een hond voorbij zien komen, springen ze erop om bloed te zuigen.
Een vlooienprobleem begint vaak klein, maar kan snel uit de hand lopen. Een volwassen vlo legt tot wel vijftig eitjes per dag. Die eitjes vallen in de omgeving van je hond: in de mand, op de bank of in het tapijt. Binnen enkele dagen komen er nieuwe vlooien uit, waardoor de cyclus zich blijft herhalen. Daarom is het niet genoeg om alleen je hond te behandelen. Je moet ook de omgeving aanpakken, anders blijven de vlooien terugkomen.
Goede hygiëne helpt om besmetting te voorkomen. Stofzuig regelmatig, was de hondenmand en dekens op hoge temperatuur en gebruik preventieve vlooienmiddelen, vooral in de lente en zomer wanneer vlooien het meest actief zijn.
Wat werkt het beste tegen vlooien bij honden?
De beste aanpak tegen vlooien is een combinatie van behandelen en grondig schoonmaken. Alleen een vlooienmiddel gebruiken helpt vaak niet, omdat de eitjes en larven in huis blijven liggen. Begin daarom altijd bij je hond en pak daarna het huis aan.
Gebruik een effectief vlooienmiddel dat bij je hond past. Er zijn verschillende soorten, zoals:
- Pipetten of druppels: worden in de nek aangebracht en doden vlooien binnen enkele uren.
- Tabletten: werken van binnenuit en beschermen meestal enkele weken.
Daarnaast kun je een vlooienband gebruiken voor langdurige bescherming. Overleg eventueel met de dierenarts wat het beste werkt voor jouw hond.
Een schone omgeving is minstens zo belangrijk. Vlooienlarven verstoppen zich diep in tapijten en meubels, waardoor goed stofzuigen essentieel is. Een krachtige stofzuiger met waterfiltering, zoals die van Thomas Stofzuigers, helpt om vlooien, eitjes en larven effectief te verwijderen. Het waterfilter houdt bovendien stof en allergenen vast, wat zorgt voor een schonere lucht in huis.
Was vervolgens alle stoffen waar je hond op ligt, zoals kussens, dekens en de mand, op minstens zestig graden. Zo dood je ook de eitjes en larven die zijn achtergebleven. Met deze gecombineerde aanpak pak je niet alleen de volwassen vlooien aan, maar ook de bron van het probleem.
Hoe houd je je hond vlooivrij?
Voorkomen is altijd beter dan genezen. Controleer je hond regelmatig, vooral in de nek, liezen en bij de staart. Dat zijn de plekken waar vlooien zich het liefst verschuilen. Zie je kleine zwarte puntjes of merk je dat je hond meer krabt dan normaal? Dan is het slim om direct actie te ondernemen.
Gebruik maandelijks een preventiemiddel, ook in de winter. Vlooien zijn dan minder actief, maar kunnen binnen nog steeds overleven. Houd daarnaast het huis schoon door regelmatig te stofzuigen en de hondenmand te wassen. Zo verklein je de kans dat eitjes of larven uitgroeien tot nieuwe vlooien.
Een gezonde, vlooivrije hond is niet alleen blijer, maar ook comfortabeler. Door een goede combinatie van verzorging, preventie en hygiëne blijft je huis schoon en blijft je hond vrij van jeuk en irritatie.

